Met ogen groter dan hun zinnen Met woorden groter dan hun moed Komen zij in ons leven binnen Langs wegen zacht, langs wegen zoet Ze schuilen achter onze rokken En ze zingen daar hun kleuterzang En ik gelloof niet dat ze jokken Als ze zeggen je maakt me bang En ze ontkleden ons en ze raken In vervoering en minnepijn Ze doen nog heel wat andere zaken Ik vind die lieverdjes reuze fijn
Heel zelfverzekerd en vol vertrouwen Komen zij eens met bloemen aan En met het voorstel om te trouwen Een rustig huis, een warm bestaan Dan spinnen ze in onze mandjes En eten kalm uit onze hand Slapen als zeer tevreden klantjes En zijn voor het opstaan alweer charmant Ja ze omhelzen ons maar ze raken wat verveelt En dat doet ons pijn En soms doen zij veel erger zaken Ik vind die lieverdjes reuze fijn
Opeens gaan zij de pijp weer smoren Die ze zelf hadden weggegooid De huwelijkskooi gaat hun zeer storen Al hadden ze zichzelf gekooid Ze zeggen: heus ik hou nog van je Maar jij weet hoe dat is bedoeld De heer naast wie je slaapt, hoe kan je Voor hem ooit iets hebben gevoeld Je zet de deuren wijd voor ze open Zingt als afscheid een triest refrein En ziet ze uit je leven lopen Jammer, die lieverdjes zijn zo fijn
In nachten stil met te veel dromen In dagen leeg en kil als steen Voel je de sleur van vroeger komen Wel eigen baas maar zo alleen En plotseling zie je ze weer verschijnen He dag hoe gaat het, ik ben weer terug Ach ja, dit huis is toch het mijne Je ziet, ik vergeet het niet zo vlug En je zegt niets, je bent verbijsterd Ook al ken je het oud refrein In je hart blijf je geteisterd Maar ach, die lieverdjes zijn zo fijn
Met ogen groter dan hun zinnen Met woorden groter dan hun moed Komen zij weer ons leven binnen Langs wegen zacht, langs wegen zoet En ook al hoeft men jou niets te leren En ook al ken je het oud refrein Je blijft ze steeds weer accepteren Het is waar, die lieverdjes zijn fijn