Bezong u Manke Nelis z'n begrafenis Maar nu komt het mooiste nog pas aan Ik zal u nu het laatste nieuws vertellen gaan Ik wed dat u versteld ervan zal staan We zaten in de kroeg zoals ik u reeds heb verteld Toen plotseling dronken Toon lijkwit naar binnen kwam gesneld
Hij riep "Jongens, een glas water voor de schrik D'r is een wonder pas gebeurd, mensen ik stik Want zoëven komt de man van het kerkhof bij me aan Die verteld me dooie Nelis is zojuist weer opgestaan
Hij was maar schijndood is zoëven woest gestemd Uit z'n kuil geklauterd en zo in z'n hemd Fijn gewandeld naar de dijk en daar zit 'ie nou te kijk Als het tweede nagemaakte levend lijk"
Als antwoord klonk een rauwe kreet toen door de kroeg Een ieder stond genageld aan de grond Dronken toen van schrik elkanders glaasies leeg Keken stom verslagen in het rond
En Schele Dries die riep "D'r moet gehandeld worden vlug Bestel die stoet opnieuw, dan halen we Nelis weer terug" Dat was goed en zo gezegd zo ook gedaan En even later zag je voor het kroegie staan De koets en bakkies die 'em 's morges weg hadden gebracht En al de kraaien liepen in hun officiële klederdracht
En toen reed de vreemde stoet met veel bekijks Weg om Nelis op te halen van de dijk "Kijk eerst goed", riep Rooie Chris, "of het die manke degelijk is Komt mij te link voor hoor, die hele bissenis.
En onderweg kwam Gerrit plots op 't idee "We benne abuis zeg, stop er es koetsier Wat moet die lijkkoets zeg, 't is geen begrafenis nou We moeten 'em halen in een Jan Plezier"
"Da's waar ook", riep een elk, "daar hebben wij niet aan gedacht En daarom werd er gauw een bruiloftswinkel opgezocht En ze hebben wijl er stevig werd gebierd Eerst de koets met slingers helemaal versierd Met lampions en vlaggen en al de kraaien, wat een mop Zetten allemaal een bruiloftsmutsie boven op hun kop
En zo kwam de hele boel, wie doet je wat Aan de dijk waar Nelis in z'n hempie zat Ze droegen hem rond en hesen hem toen Met een kruikie Bols en een fles citroen De koets in tussen al de slingers en het groen
Maar toen werd in de Spaarndammerstraat weer gestopt Bij hetzelfde kroegie van die Rooie Bart Maar Nelis riep "Rij door, want anders blijf ik hier Misschien weer staan al onder het biljart"
En hossend, zingend is het stel de stad weer doorgegaan Kwam de versierde rouwstoet weer terug in de Jordaan Nelis sprong toen in z'n hempie op de bok Riep "Wie leent me effe een broekie of een rok? 'K sterf hier van de kou ik sta te rillen als een riet Krijg een bekeuring aan m'n pet wanneer een smeris me zo ziet
En ze stopten voor de deur toen van z'n vrouw Toen die d'r vent weer zag toen viel ze bijna flauw Gilde "Oh Nelis, wat een strop, sterf nou gauw met die honderd pop Die 'k van de dooie pot gekregen heb zijn op"
De postbode die Nelis zag die kreeg een stuip Gilde "Me honderd poppies terug medien Als je niet op staande voet teruggeeft hier Slaan ik je nou meteen je harses in Die grappen maken van jouw, die koste mij m'n loodse biet Betaal of je kist weer in, of je levend bent of niet"
De kastelein riep "Wacht nog effe, dooie vent Laat 'ie me eerst betalen, ik krijg nog tachtig cent" En z'n vrouw riep "Zeg dooie dief, wat lever je me nou Ik heb alweer een andere vent, ik heb niet gerekend meer op jou"
Maar Nelis riep "Scheld maar raak, ik hou me stil Ik zal toch zeker doodgaan zeg, wanneer ik wil Blijf fijn nog wat in mijn Jordaan Ik heb nog een lekker neutje staan Leve de lol, die dooie boel is niks gedaan"